Westelijk Havengebied

Al in de 17de eeuw vinden er in het westelijk deel van de stad havenactiviteiten plaats. Aan het einde van deze eeuw worden er drie eilanden aangelegd: het Bickers-, Prinsen-, en Realeneiland. Deze eilanden voor de scheepvaart werden ingericht met scheepswerven en pakhuizen. Tegenwoordig zijn deze eilanden een aantrekkelijke woonbuurt geworden.

Na de aanleg van het Noordzeekanaal werd eind 19de eeuw het Westelijk Havengebied verder uitgebreid en in gebruik genomen door de Houthavens, de Minervahaven en de Petroleumhaven. Begin 20ste eeuw kwam daar de Coenhaven nog bij. Nadat het Oostelijk Havengebied steeds meer havenfuncties verloor, kreeg het Westelijk Havengebied de kans om zich meer en meer te gaan ontwikkelen.

Om te kunnen voldoen aan de opslag van goederen (olie, kolen, hout, granen) werden in de jaren-‘60 en ‘70 van de vorige eeuw de Amerikahaven, de Australiëhaven en de Aziëhaven uitgegraven. In 2000 werd als laatste de Afrikahaven geopend.