Waterland en Waterlandse Zeedijken
Het gebied tussen Amsterdam-Noord, Zaandam, Hoorn en het Markermeer wordt Waterland genoemd. In de 11de eeuw begon dit gebied, na ontginning, in te klinken. Hierdoor kwam het gebied al snel meters lager te liggen. Door grote overstromingen, o.a. de Sint Elisabethsvloed van 1421, waren de inwoners van het Waterland genoodzaakt om dijken aan te leggen. Dit resulteerde in de Waterlandse Zeedijken die het gebied beschermden tegen overstromingen van de Zuiderzee en het IJ.
De Waterlandse Zeedijken zijn, vanaf de 15de eeuw, aan de oostelijke en zuidelijke kant van Waterland aangelegd. Deze zeedijken zijn van oost naar west: de Durgerdammerdijk, de Schellingwouderdijk, Nieuwendammerdijk, Buiksloterdijk, Landsmeerderdijk en de Oostzanerdijk. Langs de zeedijken zijn verschillende dijkdorpen ontstaan, onder andere Durgerdam en Nieuwendam.